De ‘Almanach de Gotha’, het beroemde adellijke jaarboek dat sinds 1764 zonder enige onderbreking gepubliceerd werd, heeft de Tweede Wereldoorlog niet overleefd en hield op te bestaan in 1944. Het uitzonderlijke ensemble dat de Bibliotheca Wittockiana bezit begint met het jaar 1772 en eindigt met het bijzonder zeldzame laatste deel, waarvan de haast volledige oplage bij de uitgever werd vernietigd tijdens een bombardement van de geallieerden. Wat ook bijzonder is, en amusant tegelijk, is de uitgave van 1808 in twee verschillende versies. Terwijl de tweede druk, gecensureerd zoals het hoort, het portret van Napoleon reproduceert, staan in de – extreem zeldzame – eerste druk de portretten van Nelson en de Britse eerste minister William Pitt afgebeeld. Zij waren uiteraard een doorn in het oog van Napoleon, die eiste dat die hele oplage werd vernietigd, maar de uitgever slaagde erin een aantal exemplaren te verkopen onder een verhullende titel en met de originele portretten.
Met de tijd nam het aantal mondaine en genealogische bijdragen toe en werden ze uitgebreider in vergelijking met de eerste delen. Ook werd de volgorde aangepast in het licht van de omwentelingen teweeggebracht door de Revolutie: families werden gemediatiseerd, zoals de oude soevereine Duitse families en later ook niet-Europese koningshuizen, waarvan niet gemakkelijk een genealogie te vinden is buiten de Gotha (Osman, China, het Koninkrijk Tonga of het Sultanaat van Zanzibar). Bovendien werd in de 19e eeuw de Almanak uitgebreid met een diplomatieke en politieke sectie, met notities over alle soevereine staten, hun staatshoofden, hun diplomatiek corps, de diplomatieke en consulaire vertegenwoordiging en statistische gegevens omtrent de economie. Ook bevat de Almanak waardevolle informatie over de koloniale administratie en de functionarissen die werden benoemd in het buitenland, te beginnen met Congo, of in de indrukwekkende reeks Britse kolonies.
Het formaat van de Almanak moest dus noodzakelijkerwijs worden aangepast en de delen werden met de jaren omvangrijker. Ook hun aanblik evolueerde. In het begin waren de kleine banden bekleed met charmante sierpapieren omslagen en beschermd met prachtige bestikte foedralen, maar dan kwamen de gekartonneerde en geïllustreerde banden, die nog later werden bekleed met gegaufreerd linnen waarop het wapen van Saksen was gedrukt. Uiteindelijk doken de beroemde rood-gouden kartonnages op. De collectie van de Wittockiana bevat nog talrijke exemplaren met het originele foedraal van sierpapier.